Sneeuwklokjes: ook gewoon buitengewoon bijzonder
Ze komen langzaam te voorschijn, de sneeuwklokjes in mijn tuin. Terwijl ze bij mij bijzaak zijn, draait voor anderen tuinieren vooral om het winterseizoen. Zij zijn in de ban van sneeuwklokjes en verzamelen ze zoals postzegels. En niet alleen de bolletjes, maar ook alles waarop hun favoriet is afgebeeld, zoals servies, kleding, beddengoed, etc: galanthofilia. Bij mij groeit de ‘gewone’ Galanthus nivalis, maar hoe gewoon is gewoon eigenlijk?
Contant geld meenemen naar een sneeuwklokjesfair om een (te) duur bolletje af te rekenen, het gebeurt als het om sneeuwklokjes gaat. Zo blijft voor de partner onduidelijk dat het kleine bolletje waar dat ene bloemetje uit tevoorschijn komt de prijs had van een leuk weekendje weg met zijn tweeën. Zowel mannen als vrouwen zijn in de ban van het sneeuwklokje. Ze staan beter bekend als galantofielen oftewel enthousiaste verzamelaars van sneeuwklokjes. Er zijn meer dan 19 soorten en 500 cultivars. Met een spiegeltje aan een lange stok kun je onder de bloemetjes te kijken om de verschillen tussen de klokjes ook echt goed waar te nemen. Het zit hem in bladvormen, groene puntjes, gele knopjes en dubbele rokjes of juist het ontbreken van groen.
Een goede belegging?
Ook online wordt er gehandeld in klokjes. Sommige liefhebbers zijn bereid ver te reizen om een ontbrekend exemplaar te bemachtigen. En dan maar hopen dat het goed gaat in je tuin, vermenigvuldigen ze zich heb je een kleine beleggingsvoorraad maar daar staat verdwijnen en dus financieel verlies tegenover als risico. De bedragen nemen gelukkig nog niet de vorm aan van een Amsterdams grachtenpand zoals in de tijden van de tulpenmania.
Eva Francis (British 1887-1924) ‘Snowdrops and Violets’ 1903
De afgelopen 20 jaar herleeft de belangstelling voor sneeuwklokjes enorm. De eerste sneeuwklokjesgekte oftewel Galanthomanie begon in Groot-Brittannië aan het begin van de 19e eeuw. Als enkele vooraanstaande dichters in hun werk het sneeuwklokje als symbool van eenvoud, onschuld, moed en hoop presenteren, openen de ogen van tuiniers en botanici die vanaf dat moment Galanthus nivalis, waar ze steeds aan voorbij liepen, op een andere manier bekijken en een onverwacht grote variatie ontdekten. De echte gekte startte pas na 1874 wanneer Edward Augustus Bowles andere soorten zoals Galanthus elwesii introduceert. Deze nieuwe introducties kruisten gemakkelijk en spontaan met het gewone klokje en de zaailingen hiervan leverden een breed scala aan nieuwigheden. De eerste echte sneeuwklokjesconferentie werd in 1891 in Londen georganiseerd door de Royal Horticultural Society (RHS), deze vindt nog steeds ieder jaar in februari plaats. De Nederlandse tuinenstichting publiceert jaarlijks een lijst op internet van landgoederen en tuinen die tijdens de bloei van sneeuwklokjes te bezoeken zijn. Raadpleeg de website binnenkort, want het seizoen gaat van start!
Geur
Over de geur van de klokjes hebben we het nog niet gehad. Ook het gewone sneeuwklokje geurt, ga er wel voor door je knieën. Het moet nagenoeg windstil zijn, maar dan is de geur goed waar te nemen. Pluk diverse bosjes sneeuwklokjes uit je tuin en zet ze op neushoogte in je kamer, ook dan komt de geur goed tot zijn recht. In het arboretum Kalmthout kun je begin februari een sneeuwklokjestentoonstelling bezoeken. (dit jaar 11 en 12 februari)
Als prima ballerina’s staan de diverse bijzondere soorten in een klein theatertje onder een lamp opgesteld. De verschillen zijn zo goed te zien. De geur in de tentoonstellingsruimte in Kalmthout is overweldigend; heerlijk, zoet en aangenaam. Alleen al een reden voor een bezoek. Heel veel sneeuwklokjes in een kleine ruimte, dat werkt!
Ondergronds
Slechts een klein deel van het jaar is het sneeuwklokje bovengronds aanwezig. Dat wil niet zeggen dat er ondergronds niets gebeurd de rest van het jaar! Al in juni is de eerste aanleg van het nieuwe bloemetje aanwezig. Als de temperatuur in de herfst daalt, komen de nieuwe worteltjes. Normaal gesproken in september. Ondertussen zal de bloemstengel zich langzaam naar boven werken, maar voorlopig nog onder de grond. Het sneeuwklokje haalt de energie die hiervoor nodig is uit de suikers die in de bol zijn opgeslagen. Aan het eind van de bloei vormt zich zaad. Onder het gewicht van het zaad buigt de stengel naar de grond, zodat het zaad op de aarde terecht komt. Sneeuwklokjeszaad is voorzien van een mierenbroodje, een zoet aanhangsel, dat mieren ertoe verleid te gaan sjouwen met het zaad. Zo zorgt het sneeuwklokje voor verspreiding. Als het sneeuwklokjeszaadje op de grond valt en kiemt, verschijnt een kiemworteltje. En al snel volgen wortelharen om meteen water en voedsel te kunnen opnemen. Bovengronds verschijnt er een blad, de productie (fotosynthese), opname en opslag van voedselstoffen leidt tot een heel klein bolletje. De kiemwortel is ondertussen uitgegroeid tot een stevige en vertakte lange wortel, die goed vastzit in de bodem.
Wanneer het sneeuwklokje bovengronds afsterft en verdroogd, krimpt deze wortel door vochtverlies vlak onder het bolletje en trekt zo het bolletje een klein beetje naar beneden. Het bolletje volgt de weg van de minste weerstand, de wortel zit zodanig vast in de grond dat de krimpbeweging steeds neerwaarts gaat. Het volgende jaar ontwikkelt het sneeuwklokjesbolletje zich dus al iets dieper in de grond, het proces van verankering, krimpen en dieper trekken, herhaalt zich telkens opnieuw tot er een evenwichtsniveau is bereikt: de ideale plantdiepte. Deze trekwortels helpen niet alleen zaailingen ook volwassen sneeuwklokjesbollen profiteren ervan. Wanneer ze door dieren, grondverschuivingen of andere oorzaken aan de oppervlakte komen, kunnen ze zich met deze trekwortel beetje bij beetje terug naar hun ideale diepte begeven. Ook de meeste andere bloembollen hebben deze trekwortels.
Sneeuwklokjes kopen
Sneeuwklokjes plant je bij voorkeur in het groen. De bolletjes drogen niet alleen snel uit, maar leven ook in symbiose met een schimmeltje dat zich tussen de worteltjes bevindt, als je de bolletjes in bloei koopt, krijg je deze erbij. Een ander voordeel is dat als je veel geld uitgeeft voor een bijzonder exemplaar, je ook echt kan zien dat je de juiste te pakken hebt. Sneeuwklokjes doen het goed op de juiste standplaats: een lichte, goed doorlatende maar niet te droge plek onder bladverliezende bomen of struiken. Een neutrale bodem heeft de voorkeur. Meng wat extra compost of bladaarde in de grond bij aanplanten, en verwen ze in de herfst met een handje beendermeel. Sneeuwklokjes doen het ook goed in een grasveld, mits de zode niet te dik is. Na de bloei is ook de tijd om een groep sneeuwklokjes te splitsen. Als ze enkele jaren op één plek staan, kan het een dikke kluwen worden, die er baat bij heeft gesplitst en herplant te worden.
Je verzameling uitbreiden? Denk dan aan Galanthus elwesii, een botanische soort met brede zeegroene bladeren en een grote overhangende bloem. Dit sneeuwklokje kan 30 cm hoog worden. Of Galanthus nivalis ‘Flore Pleno’. Deze cultuurvorm is een gevuldbloemige vorm van het gewone sneeuwklokje. Een pol van deze planten valt door de extra grote bloemen erg op in de tuin.
Of tot slot Galanthus ‘ S. Arnott’. Waarschijnlijk is deze cultuurvorm een van de allerbeste sneeuwklokjes om aan te planten. Het heeft smalle, grijsgroene bladeren en kan 15 cm hoog worden. De grote, bolle bloemen zijn erg geurig.
Sneeuwklokjes combineren goed met Winteraconieten, Cyclamen, Helleborussen, Iris rectulata ‘harmony’. Lees ook: Vijftig tinten grijs en Less is more? over o.a. sneeuwklokjes.
Kijk voor meer informatie eens de video van Harry Pierik over de sneeuwklokjes in zijn stadstuin
Sneeuwklokjes kijken, kopen met aanverwante artikelen bezoektips:
Arboretum Kalmthout tentoonstelling en verkoop
Kwekerij en tuin De Boschhoeve Wolfheze Sneeuwklokjesfeest
Annie Fallinger Dordrecht Nationale collectie, tuin en verkoop
Pracht van een plant! Ik poot deze nog al te graag in iedere tuin 🙂
Hoe meer hoe beter!