Hoe is het met de blauwspar? Verdriet om een geliefde
Ze zit voor me. Met haar mooie bruine ogen kijkt ze me aan als ze haar verhaal vertelt. Ik lees daarin de mengeling van verdriet, angst en hoop. De vader van deze 22-jarige studente blijkt ongeneeslijk ziek te zijn. Zomaar, opeens. Hij was af en toe erg duizelig. Er werd gedacht aan epilepsie maar het blijkt dodelijk te zijn. We bespreken de mogelijke gevolgen voor haar studie. Als ze mijn kamer verlaten heeft, dwaal ik af, terug in de tijd, toen ik studeerde en 20 was.
Tik….tik….tik…
De minuten tikken voorbij. Heel langzaam kruipt de klok vooruit, uren verstrijken maar het blijft stil. Ik wacht op een telefoontje, een bericht uit een Haags ziekenhuis, waar mijn vader de afgelopen week onderzocht is. Vanmiddag komt de uitslag. Ik moet bij de telefoon blijven want deze zit nog met een draad aan de muur vast. Het is 1984. De Olympische Spelen in Los Angelos zijn bezig. Mijn vader zoekt afleiding bij de beelden in het ziekenhuis. Hij is dol op sport. Fanatieke hardloper, schaatser en bergwandelaar. Het leek een hardloopblessure, pijn in zijn hamstring.
Slecht nieuws
De pijn houdt aan en hij wordt doorgestuurd naar een 0rthopeed. Foto’s gemaakt. Een ziekenhuisopname om een biopsie te kunnen maken en onderzoek. Tegen 18.00 uur gaat de telefoon dan eindelijk. Een verpleegkundige aan de lijn. “U moet direct naar het ziekenhuis komen. Uw moeder is onderweg, we hebben haar nog niet kunnen bereiken.”Logisch als je vlak voor het bezoekuur begint pas belt. Ze is onderweg. Nooit begrepen waarom ze in het ziekenhuis niet nog even gewacht hebben tot ze er was. Zo’n dokter geeft een uitslag, draait zich om, loopt weg en tikt een zuster op de schouder om er heen te gaan voor opvang. Vanwege het feit dat de Co-assistent zulke uitslagen niet mag geven en de arts aan het opereren was, duurde het zolang. Mijn vader voelde de bui al hangen en werd steeds banger toen er maar geen arts aan zijn bed kwam en de rondearts zijn bed oversloeg. En dan zit je alleen met het slechte nieuws.
De uitslag
“Uw vader heeft zojuist te horen gekregen dat hij kanker heeft.” Mijn vriend komt vlak daarna binnen met een net gehaalde zak patat. Van koken was het door de spanning nog niet gekomen. Ik schreeuw, huil en stort me met patat en al in de Mini van mijn broer. Hij beklimt bergen en zit ergens in de Alpen. Wij hebben zijn auto te leen. Door mijn tranen heen prop ik patat in mijn mond. Mijn vriend rijdt. Aangekomen in het ziekenhuis vinden we mijn vader en mijn inmiddels aangekomen moeder in tranen in de afgezonderde kamer die hij zojuist gekregen heeft. Ze zijn beiden pas 48. Mijn vader kijkt me aan en zegt: “ik zal nooit mijn kleinkinderen zien.” Nog steeds doen deze woorden pijn als ik er aan denk. Er volgen twee lange jaren met ziek zijn, pijn, angst, hoop. De diagnose is niet zo definitief als die van de vader van mijn studente, maar het eerste boek wat ik opensla in de bibliotheek over prostaatkanker leert mij: “zaait vaak uit onderin het skelet en dan is er een kleine overlevingskans.”
De blauwspar
Over de ziekte praten, valt niet mee. Hoe doe je dat? Je probeert je eigen angsten te verbergen om de ander niet banger te maken. Wat moet je zeggen als je vader zegt, als we over zijn volkstuin lopen en hij een blauwspar heeft geplant: “ik zal hem nooit groot zien worden”. Ik denk dat ook als hij het zegt, maar besluit dan toch om hem op te beuren, niet de hoop te laten verliezen op genezing. Maar misschien hadden we beter samen kunnen huilen.
Bucketlist
De vader van de studente heeft een soort bucketlist gemaakt van wat hij nog graag wil doen. Daar staan hele simpele en realiseerbare dingen op. Een bezoek aan de Efteling bijvoorbeeld. Het hoeft niet groot en meeslepend te zijn. Het gaat om het samen beleven. Zij en ik, we hebben/hadden nog tijd om te praten, aan te raken en herinneringen te verzamelen.
MH17
De nabestaanden van vlucht MH17 hebben dat niet gehad. Ondraaglijk verdriet, wat je plotseling overvalt. In veel gevallen ook nog eens meer dan één geliefde verloren. Het enige wat je bespaard blijft, is een slopend ziekteproces. Er blijven vaak dingen niet gezegd of besproken. Dat was bij ons ook omdat het soms zo moeilijk is de juiste woorden te vinden.
Ik ben niet meer op de volkstuin geweest die mijn ouders met mijn tantes hadden. Geen idee of de spar er nog is en hoe groot de spar geworden is.
In gedachte aan N. , haar vader en familie en alle nabestaanden van vlucht MH17 Op de dag van Nationale Rouw vanwege de thuiskomst van de lichamen van de slachtoffers wilde ik stilstaan bij het onmetelijke verdriet van ieder die zijn geliefde (n) verloor of verliest op een moment dat niet bij de levensfase past.
Mooi geschreven Ellen. Het leven kan oneerlijk hard en zwaar zijn.
Bedankt Johanne, ik hoop maar dat deze studente met haar vader de bucketlist kan afmaken….