Vrolijk Pasen, voorjaarsgeel
Voor mijn ouders was Pasen ruim dertig jaar geleden vooral bijkomen van de superdrukke weken voorafgaand aan het Paasweekend… Ook in de jaren zeventig en tachtig was het Paasweekend bij uitstek het weekend om in je tuin aan de slag te gaan.. De graszoden, zwarte grond en compost waren even niet aan te slepen. De telefoon stond roodgloeiend bij ons in de huiskamer, dat tegelijkertijd ook kantoor was voor de handel in tuinbenodigdheden. Iedereen wilde voor de Pasen zijn bestelling bezorgd hebben. Destijds was tuinieren veel meer seizoensgebonden dan nu. Planten en bomen werden nog niet zo massaal in pot geleverd, waardoor planten het hele jaar door mogelijk is geworden.
Geel is altijd wel al dé kleur voor Pasen geweest. Dat komt omdat geel staat voor de kleur van de zon en de zon laat ons aan licht en leven denken. De terugkeer van de zon na een donkere winter. Daarom kiezen we voor geel met Pasen. Sowieso is het voorjaar een kakofonie aan kleur in de natuur. Ook in de meeste tuinen zie je dat. Na de grauwe winter hebben we zo’n behoefte aan kleur, dat van alles door elkaar nu gewoon kan, terwijl zomertuinen veel vaker harmonieuse kleurbeplanting laten zien.
Op weg naar mijn moeder reed ik langs dit Paasgele huis, hier wonen vast vrolijke mensen, met al dat geel dat van de gevel spat. Geel is voor mij sowieso een echte voorjaarskleur. Alhoewel ook ik veel meer kleuren toepas dan een jaar of 20 geleden in de tuin, toen pastelkleuren en borders op kleur in de mode waren, is geel niet de meest gebruikte kleur in mijn tuin. Een mooie voorbode van het seizoen is het wel: aan de rand van de vijver verschijnt de gele dotter als een van de eerste oeverplanten. De gele dotterbloem is een sterke plant in het ondiepe stuk van een vijver: de plant groeit gemakkelijk, zaait zich uit en heeft nauwelijks verzorging nodig. In de herfst schoon je de planten door de dode bladeren weg te nemen. Ook in de natuur te vinden. Hoog in de bergen in Zwitersland zag ik de plant in een meanderend beekje, erg mooi.
Op de foto vormt de dotter een mooie combinatie met een geweldig gras: Hakonechloa macra ‘Aureola’. Ik heb inmiddels een aardige grassenverzameling. Deze komen langzaam op gang in het voorjaar. Hakonechloa is de eerste, die er weer helemaal is. Nog in de guldentijd viel ik voor het grasje toen ik een plantenkwekerij bezocht. Prijs: vier gulden. Terwijl de prijs van de meeste planten rond de twee gulden lag. Ik vond hem dus heel duur en kocht één plantje van zo’n 10 sprietjes. Langzame groeier stond er bij. Bemoedigend. Dat ene plantje was na een jaar of zeven een forse pol geworden waar ik stukken van af kon steken…
Inmiddels heb ik stukken op diverse plaatsen in de tuin, in potten en heb ik ook al stukjes weg kunnen geven. Het was dus een uitstekende investering. Ik heb er al ruim 16 jaar plezier van. Dat moet de Hollander toch overtuigen. En de plant is ook nog eens heel gemakkelijk, laat zich met van alles combineren. Doet het in de schaduw en in de zon. Heeft geen bijzondere verzorging nodig, bloeit met kleine aartjes en gaat ook nog gracieus ten onder in het najaar met een naar oranje neigende verkleuring. Wat een lofzang over een grasje! Je hebt ook nog een gewoon groene variant. Hij is nog steeds duur… Nu tegen de vier euro. Maar wat koop je nog voor dat geld waar je twintig jaar mee kan doen en waar je steeds meer van krijgt?
Wat een beauty in het najaar:
Geen bericht missen? Like mijn facebookpagina groenjournalistiek en je krijgt alle tips op je tijdlijn. Je kunt je ook inschrijven voor een emailbericht…
Dat gele huis is geweldig 🙂 Zelf houd ik het in onze tuin vooral op blauw en paars, kleuren die niet zo goed samengaan met geel.
Hoi Groentje, wel een geel bloemetje als profieltje! Het huis schijnt met Kerst ook spectaculair te zijn… Blauw en paars altijd bijzonder…
Leuke blog! Het gras zet ik op mijn lijst, de herfstfoto is prachtig!
Hoi Tuinatelier, dank voor je reactie! Het is echt een toppertje dat gras, ook in de groene variant….